Frans was de vereenzelviging van de carnaval in dun Birrekoal, de mede-grondlegger bij het tot stand komen van het Birrekoalse carnaval, die zich nagenoeg zijn hele leven heeft ingezet om van zijn feest altijd een speciaal spektakel te maken.
Alle facetten die mogelijk waren, heeft Frans binnen dun Blaouwun Beer meegemaakt en meebeleefd, zoals lid van de Hofkapel, de Aouw Blaouw, de Raad van XI en vele jaren als bestuurslid.
Nooit is er tevergeefs een beroep op hem gedaan, of het nu ging over het bouwen van de Prinsenwagen, het beschikbaar stellen van zijn showroom voor de Springdinger of het bouwen van decors in den Durpsherd, niets was teveel.  De zogenaamde oude Durpsherd had ook makkelijk de “Frans van Pinxteren schouwburg” kunnen heten; want alles wat daar te verbouwen was is wel door Frans onderhanden genomen. Of er nu een engeltje uit het plafond moest komen of een Prins uit de kelder… alles kon, tijd of geen tijd.

In 1985 was Frans Adjudant bij Prins Jo I en een jaar later in 1986 stond Frans tot ieders verassing op het podium als Prins Frans I, waar hij zich bekend maakte met de legendarische woorden ”hier stôk dan”!

Voor al zijn verdiensten is Frans uiteraard onderscheiden met de hoogste Birrekoalse onderscheiding, de zilveren Beer welke in 1973 aan hem is uitgereikt. Typerend voor Frans is wel dat hij 1983 ook nog is onderscheiden met de Birrekoalse Joker. De omgekeerde volgorde van verdiensten, maar dat was iets wat echt bij Frans paste.
Maar bovenal was Frans een carnavalsvierder in hart en nieren, die het feest der feesten met jan en alleman tot het eind toe mee vierde. Een voorbeeld voor ons allemaal op de wijze zoals het carnavalsfeest bedoeld was.

We zullen Frans, maar zeker ook zijn nooit ontbrekende mooie streken missen.